Weet je wat ‘the rule of ⅓’ is?
Het
is een principe dat werkt op basis van groepsdynamiek en peer pressure.
Als je een derde van een groep weet te overtuigen gaat de rest van de
groep altijd mee.
Misschien herken je het wel:
Je bent naar een theatervoorstelling geweest. Het was best een leuke
voorstelling, maar niet de allerbeste die je ooit gezien hebt. Als de
voorstelling is afgelopen begint iedereen te applaudisseren. Op de
voorste rij staan zelfs een paar mensen op voor een staande ovatie. Dan
volgen er achter hen meer mensen die gaan staan. Links en rechts van je
staan ook wat mensen op. Terwijl het klappen doorgaat staan er steeds
meer mensen op in de zaal. En dan ineens: sta jij ook op. Hoe kan dat?
Wat is er gebeurd?!
Dit is het
effect van ‘the rule of ⅓’. Doordat meer dan een derde van de zaal
staat, ga jij onbewust ook staan om erbij te horen.
Dit
principe kun jij ook inzetten in jouw meetings. Als je zorgt dat je op
voorhand al wat mensen hebt geïnformeerd en geënthousiasmeerd over je
plannen zul je zien dat je daar profijt van hebt. Als deze mensen met
voorkennis hun enthousiasme delen zullen de anderen in de ruimte ook
eerder geneigd zijn om enthousiast te reageren.
Hoe zorg je dat je enthousiasme gedeeld wordt?
Heel
simpel eigenlijk: Vraag het de mensen. Niet als een random vraag. Maar
vraag het heel direct aan een van de mensen van wie je weet wat ze ervan
vinden. Na het positieve antwoord vraag je nog eens direct een van de
andere positievelingen. Je zult zien dat de vibe nu positief is waardoor
het lastiger wordt om de negatieve ideeën te spuien.
Twijfel
je of het werkt? Probeer het maar eens. En… Wees je ervan bewust dat
wanneer jij de conversatie niet leidt, iemand anders het wel doet. The
rule of ⅓ werkt helaas ook andersom. Als de negatievelingen (die vaak
automatisch als eerste hun mond opentrekken, wat is dat toch met hen?!)
als eerste hun negatieve opmerkingen delen wordt het lastiger om de vibe
positief te krijgen.
Is er dan helemaal geen ruimte voor negativiteit?
Tuurlijk
wel! Maar zorg ook dat je dit stuurt: Vraag eerst heel specifiek wat
men positief aan het idee of de presentatie vindt. Op deze manier train
je de aanwezige breinen om meer positiviteit te zien. Vraag daarna pas
naar verbeterpunten. Niet naar slechte punten! Ga uit van het feit dat
het een goed idee is (je kunt dit zelfs zo benoemen) en dat je nog zoekt
naar punten om het idee nóg beter te maken.
Deze aanpak is zo makkelijk, voor je het weet staat iedereen op voor een staande ovatie. 😉 Het is nou eenmaal leuker om dingen samen te doen. Zo simpel werkt het.
Wil je jouw meetings, sessies en andere interacties nog beter leren vormgeven en anderen om je heen leren activeren, inspireren en motiveren? Schrijf je dan in voor het allereerste digitale live workshop programma van Nederland: ‘AIM: Word een Superfacilitator’. Geef je hier op.